­

Airport HHN

De opkomst van de Low Cost Carrier (LCC) heeft gezorgd voor een omslag binnen de luchtvaart. Vliegen binnen Europa is betaalbaar geworden. Snelheid en ‘back to basic’ zijn de kernwoorden voor dit succes. Welke gevolgen heeft dit voor een airport-terminal?

De meeste kosten worden bespaard door efficiënter om te gaan met de tijd. In de lucht wordt geld verdiend, op de grond worden kosten gemaakt. Voor een vlucht van één uur staat een toestel en zijn bemanning één tot twee uur aan de grond. Door de omdraaitijd te verkorten naar 15-20 minuten kan een toestel en zijn bemanning meerdere malen per dag worden ingezet.

Frankfurt-Hahn Airport (HHN) ligt ongeveer 100km ten westen van Frankfurt. Het heeft een catchment area van ongeveer 13 miljoen passagiers. De LCC Ryanair wil van Frankfurt-Hahn de grootste LCC-airport maken van het Europese vasteland.

Masterplan & Concept

De airport is gebouwd op een heuvelrug in de Hünsruck. De luchtzijde (landingsbaan, taxibanen, platform) ligt meer dan 40 meter hoger dan de landzijde (snelweg, spoorlijn). Aangezien een vliegtuig een beperkte helling kan overbruggen (+/-1%), wordt in het bestaande masterplan gedacht het platform en het gebied voor de terminal op te hogen om beide op elkaar aan te laten sluiten.

De grote hoeveelheid zand benodigd om het hoogteverschil weg te werken, heeft een enorme impact op het landschap en het dorp Lautzenhausen. De oplossing om land- en luchtzijde over elkaar heen te schuiven biedt een nieuw terminalconcept. Bovendien geeft dit de mogelijkheid het dorp en het landschap onaangetast te laten.

Modulair

De terminal is opgedeeld in modules. Een module bestaat uit een terminal met voorzieningen benodigd voor het afhandelen van twee type C toestellen (het type waarmee de LCC vliegt, de Boeing 737). Omdat de ontwikkelingen in de luchtvaart onzeker zijn, is ervoor gekozen om multifunctionele modules te maken. Bij het aaneenschakelen van twee modules ontstaat een grotere opstelplaats, groot genoeg voor de grootste type vliegtuigen (type E/F Boeing 747-400, Airbus 380XL).

Routing

Het gebouw volgt het natuurlijke proces van het vliegen. Bij vertrek stijgen de passagiers op in het gebouw. Bij aankomst dalen de passagiers in het gebouw. De indeling van het gebouw volgt de processen die een passagier moet doorlopen. Op de begane grond en op de eerste verdieping bevinden zich parkeerplaatsen en ‘kiss & ride’. Op de tweede verdieping bevinden zich alle functies die betrekking hebben op het proces. Op de derde verdieping bevinden zich alle commerciële activiteiten en de gates. Op de vierde verdieping kunnen de passagiers over het platform naar de toestellen wandelen.

De passagier mag over het platform via een trap het toestel betreden. De passagier kan zodoende de schaal van het vliegtuig beleven, het geluid van de motoren horen en de geur van de kerosine opsnuiven. De passagier krijgt in plaats van een abstracte passagiersbrug een volledige beleving van het vliegen. In plaats van één ingang kunnen beiden ingangen van het vliegtuig worden gebruikt. Er gaat geen tijd verloren voor het aansluiten van de brug. Mede hierdoor kan een omdraaitijd van 15 minuten worden gerealiseerd.

Lichtpatio’s en constructie

In de zones tussen de opstelplaatsen, waar normaal de passagiersbrug staat, zijn incisies gemaakt. In deze ‘lichtpatio’s’ bevinden zich alle stijgpunten in het gebouw. De oriëntatie is helder. De passagier loopt naar het licht toe.

Het gewicht van een vliegtuig is niet gelijkmatig over zijn lengte verdeeld. Het grootste deel van het gewicht wordt ter plekke van de vleugel, dit is het zwaartepunt, afgedragen. Dit is ongeveer 95% van het gewicht. Het neuswiel dat het toestel in evenwicht moet houden, draagt maar een last van 5%. Hierdoor kan de constructie als een uitkraging worden uitgevoerd. Het lijkt alsof het gewicht van het toestel geheel op het gebouw rust, maar in werkelijkheid ligt het zwaartepunt van het toestel net achter het gebouw.

Projectinformatie

Locatie: Hahn, Duitsland

Functie: Vliegveld

Periode: 2002-2004

Opdrachtgever: Afstuderen cum laude

Team: Theo Reitsema

Partners: NACO, TU Eindhoven

Fotografie: Theo Reitsema

Prijzen: 2e Archiprix 2005, 40 under 40 Europe

Gerelateerde projecten